Ik adem sport. Ieder weekend sta ik op de amateurvoetbalvelden en ik kijk ook graag sport op tv. Vooral juli is geweldig: Wimbledon, de Tour de France, Formule 1 en om het jaar een EK of WK voetbal. Wat wil een liefhebber nog meer? Ik vraag me dan ook regelmatig af hoe ik mijn werk kan combineren met mijn liefde voor sport. Daarom deel ik in dit blog een aantal manieren waarop met data naar mijn idee makkelijk winst te behalen is. Voor sportclubs en sportbonden.
Profclubs: prestaties inzichtelijk maken en verbeteren
Het is verbazingwekkend hoe weinig Nederlandse profvoetbalclubs (nog) doen met data, de topclubs daargelaten. En dat terwijl er gigantisch veel geld omgaat in sport. Met meer kennis en inzicht is dus eenvoudig winst te behalen. Daarin kunnen zij veel leren van andere sporten. Hockeywedstrijden worden bijvoorbeeld live geanalyseerd en de resultaten ervan meteen diezelfde wedstrijd ingezet. En bij tenniswedstrijden zie je meteen hoe hard een service was. Dit levert ook weer interessante live statistieken voor tv-commentatoren en fans. Was die vrije trap écht zo hard, of leek dat maar zo?
Neem nou de keeper. In mijn optiek kun je die eenvoudig beoordelen met data, op een vergelijkbare manier als baseball batters (zoals uitgelegd door Michael Lewis in zijn boek Moneyball: The art of winning an unfair game). Door ieder schot te vergelijken met een grote database aan schoten, krijgt elk schot een score. Een schot met een score van 0.6 leidde bijvoorbeeld in 60% van de gevallen tot een doelpunt. Stopt de keeper zo’n schot, dan presteert hij 0.6 boven verwachting. Gaat de bal de goal in, dan presteert de keeper 0.4 beneden verwachting. Zo krijg je eenvoudig een objectieve ranglijst van de best presterende keepers. Stuur daar de scouts maar op af!
Sportbond: uitvoering verbeteren en beleid aanpassen
Ook amateursporters zijn een interessante doelgroep. Ik ben op vrijwillige basis actief als scheidsrechter bij mijn voetbalclub. Laatst kreeg ik een mail van de KNVB met statistieken over de wedstrijden die ik het afgelopen seizoen heb gefloten (zie figuur 1). Hartstikke leuk om te lezen! Toch geloof ik dat de bond hier nog meer uit kan halen. Bijvoorbeeld door een scheidsrechter te feliciteren met jubileumwedstrijden en als dank een kortingscode voor de webshop toe te voegen. Daarmee creëer je een hogere betrokkenheid en een gevoel van waardering bij de honderden vrijwillige scheidsrechters, die er samen voor zorgen dat elk weekend duizenden amateurwedstrijden plaatsvinden.
Figuur 1: Mijn statistieken als scheidsrechter
Door data te gebruiken kan de bond tevens het beleid en de uitvoering van het amateurvoetbal verbeteren. Data die ze nu al beschikbaar hebben, bijvoorbeeld via de Voetbal.nl-app. Daarin worden alle wedstrijdgegevens opgeslagen, zoals speeltijden, wedstrijdformulieren met spelerspassen, uitslagen, wedstrijdstakingen en het aantal wedstrijden dat een speler speelt.
Die berg data kan leiden tot interessante inzichten. Is het tijdstip van de dag van invloed op het aantal kaarten dat een scheidsrechter uitdeelt? Of speelt het weer daar een rol in? Vallen er meer doelpunten op kunstgrasvelden? Presteren voetbalteams anders in doordeweekse wedstrijden? Op basis van de resultaten kan de bond dan bijvoorbeeld het speelschema aanpassen. Of ontdekken bij welke verenigingen meer overtredingen worden gemaakt of wedstrijden worden gestaakt. Zo maak je het amateurvoetbal beter op basis van inzichten uit data.
Stilstaan is achterblijven
Dat (big) data en analytics grote kansen bieden, is in het bedrijfsleven al volledig doorgedrongen. In de Nederlandse sportwereld lijkt dat echter nog niet echt het geval. Misschien ligt dat aan de Hollandse nuchterheid of het vertrouwen in eigen kunnen. Maar de slechte prestaties van het Nederlands elftal de afgelopen jaren laten wel zien wat er gebeurt als je altijd hetzelfde blijft doen “omdat het werkt”. Stilstaan is achterblijven. En betekent voorbijgestreefd worden door anderen die wél innovatief te werk gaan.